top of page

Interview met een reuma patiënt

 

1.Hoe lang weet u al dat u reuma heeft?

Ik weet nu ongeveer 5 jaar dat ik reuma heb.

 

2. Wat was uw reactie toen u hoorde dat u reuma had?

Ik was wel erg geschrokken toen ik het te horen kreeg,  maar ook wel wat opgelucht omdat ik nu eindelijk duidelijkheid had en wist wat er was.

 

3. Kon u de ziekte accepteren? Hoezo kon u dat wel/niet?

Ik vond  het vooral  in begin erg moeilijk om de ziekte te accepteren, maar ik heb het toch wel vrij snel geaccepteerd. Ik denk dat dat komt omdat ik er veel over praten met mijn familie en vrienden.

 

4. Wat is volgens u de beste manier om iemand met reuma te steunen?

Ik zocht zelf veel steun bij mijn familie, omdat ze goed luisterden en me probeerde te begrijpen. Ik denk dat je dat het beste kan doen, als iemand die je kent reuma krijgt kan je het beste er zijn voor die persoon en luisteren. Je kunt beter afwachten tot de persoon zelf naar je komt dan dat je elke keer weer er over begint terwijl hij/zij dat niet prettig vind. Hij of zij komt vanzelf wel naar je toe wanneer die er klaar voor is.

 

5. Naar wie ging u als eerste toe toen u te horen had gekregen dat u reuma had?

Toen ik de uitslag te horen had gekregen van de dokter was mijn man bij me. Hij wist het dus als eerst, die avond hebben wij samen onze kinderen ingelicht. Daarna ben ik naar mijn ouders gegaan om het te vertellen.

 

6. Hoe werd u geholpen door uw familie?

Iedereen steunde me heel erg goed en bood van alle kanten hulp aan met de dingen die ik minder goed meer kon. In het begin vond ik dat niet altijd fijn, ik voelde me vaak heel afhankelijk van iedereen. Maar nu ben ik ze juist dankbaar voor alle hulp.

 

7. Wat voor medische hulp kreeg u?

De dokter gaf mij een duidelijke uitleg over het ziektebeeld. Hij vertelde me dat ik altijd kon komen voor vragen. Dit vond ik heel fijn omdat ik natuurlijk vol vragen zat.

 

8. Is u leven erg veranderd door de ziekte?

Mijn leven is niet veel veranderd. Er zijn natuurlijk wel wat veranderingen in mijn leven, zo kan im bijvoorbeeld sommige dingen niet meer zelf. Als dat gebeurt vraag ik om hulp. Het werken kan ook wat lastiger zijn soms door de pijn. De pijn kan erg afleiden van het werk.

 

9. Wat is een van de grootste veranderingen in u leven geweest?

Dat ik nu veel meer afhankelijk ben van anderen. Dat is toch wel iets waar ik nog steeds wel wat moeite mee heb.

 

10. Hoe kijkt u nu naar uw leven sinds u de chronische ziekten kreeg?

Ik ben het veel meer gaan waarderen. Zoals de kleine dingen die ik nog kan, die waardeer ik heel erg. Ik ben heel anders in het leven gaan staan, in het begin stond ik wat negatief in het leven. Maar nu sta ik er veel positiever in. Ik denk dat je dat ook het beste kan doen als je met een chronische ziekte moet leren leven.

bottom of page